
Het W. van den Berg-orgel (voorheen van de Berg en Wendt) uit 1980 in de Gereformeerde Kerk in Ommen.
Dispositie
Hoofdwerk: Quintadeen 16′ ( geherintoneerd als Bourdon 16′), Prestant 8′, Roerfluit 8′, Octaaf 4′, Nasard 2 2/3′, Octaaf 2′, Mixtuur IV sterk, Trompet 8′.
Rugwerk: Holpijp 8′, Roerfluit 4′, Prestant 4′, Quint 2 2/3′, Prestant 2′, Terts 1 3/5′, Cimbel 1/2′ 3-sterk, Dulciaan 8′.
Pedaal: Subbas 16′, Prestant 8′, Ruischpijp 2 2/3′ II sterk, Fagot 16′, Schalmei 4′.
Koppelingen: Hoofdwerk – Rugwerk, Pedaal – Hoofdwerk, Pedaal – Rugwerk. Tremulant op het rugwerk.